Fijnstof onderzoek
Voor fijnstof zijn Europese luchtkwaliteitsnormen vastgesteld in 1999 (PM10) en is de regelgeving uitgebreid in 2008 met grens- en streefwaarden voor de fijnere fractie PM2,5. Deze Europese luchtkwaliteitsnormen zijn vertaald naar Nederlandse wetgeving.
Fijnstof kan schadelijke effecten hebben op de gezondheid. Blootstelling aan hogere concentraties fijnstof verkort jaarlijks de levensduur van enige duizenden mensen, voornamelijk ouderen en mensen met hart-, vaat- of longaandoeningen. Langdurige blootstelling aan lagere concentraties, zelfs lager dan de Europese grenswaarden, kan zorgen voor blijvende gezondheidsschade aan de luchtwegen, longen, hart en vaten. Belangrijke bronnen van fijnstof zijn o.a. verkeer, industriële activiteiten en roken.
De jaargemiddelde grenswaarde voor fijnstofconcentratie PM10 in de buitenlucht is 40 µg/m³, voor PM2,5 is dit 25 µg/m³ (indicatieve grenswaarde 20 µg/m³). Voor het 24-uursgemiddelde ligt de grenswaarde voor PM10 op 50 µg/m³ (voor PM2,5 is deze er niet).
Voor de fijnstofconcentraties in gebouwen (PM10) worden vanuit de literatuur de volgende classificaties aangehouden:
Klasse A (zeer goed) | Klasse B (goed) | Klasse C (acceptabel) |
---|---|---|
< 20 µg/m³ | < 30 µg/m³ | < 40 µg/m³ |
Wij meten zowel de ‘grove‘ fractie PM10 en fijnere fractie PM2,5. Fijnstof onderzoek kunnen wij uitvoeren als momentane metingen (korte meting) of duurmetingen (bijvoorbeeld 1 week). De metingen worden uitgevoerd met behulp van onze optische meetapparatuur die jaarlijks wordt gekalibreerd.